Ik word gek van die stemmen in mijn hoofd.



Ik ga op ziekenbezoek bij een vrouw, laten we haar Gabriella noemen, die ik lang geleden voor het laatst in de praktijk zag. Ze ging het afgelopen jaar zo nu en dan door me heen: hoe zal het met haar gaan? Op enig moment schreef ik haar een mail om deze vraag aan haar voor te leggen. Ze mailde me dat het niet goed met haar ging. Ze bevond zich in een crisis, waar ze nu langzaamaan aan het uitkrabbelen was; ze gaf aan dat ze graag gebruik maakte van mijn voorstel om elkaar eens te ontmoeten en ze liet weten dat ze de kracht niet had om naar mij toe te komen.

En zo gebeurde het dat ik bij haar langs ging. Na wat over en weer uitgewisseld te hebben, vroeg ik haar wat er gaande was in haar leven. Ze geeft aan dat ze op enig moment een gezondheidscheck had laten doen bij een natuurgeneeskundig centrum, waarvan de uitslag aangaf dat er sprake was van behoorlijke ontstekingen, die op energetisch niveau zichtbaar waren, maar nog niet fysiek.  Ze had op dat moment geen bijzondere klachten, maar nam de uitslag van het onderzoek heel serieus.

De vraag die ik op dit punt aan de lezer wil voorleggen is: wie of wat neemt die uitslag heel serieus?
Is dit de innerlijke stem, die diep van binnenuit aangeeft, zonder spanning en stress, dat deze uitslag aandacht verdient?
Of is het de stem van angst, die spanning en stress teweeg brengt, die maakt dat Gabriella aan de haal gaat met de uitkomst van het onderzoek en in zelftwijfel belandt?

Gabriella gaf aan dat ze vast besloten was om deze ontstekingen aan te pakken, want ja..., ze was zeker niet meer de jongste..., en als ze er niet op tijd werk van zou maken, dan zou ze op enig moment de rekening gepresenteerd krijgen in de vorm van ziekte en dat wilde ze ten alle tijden voorkomen; als er ontstekingen gaande zijn, ook al zijn die nog niet fysiek zichtbaar, dan is dit het moment om het aan te pakken, voordat ik echt ziek ga worden.

Het klinkt reeël, zou je als lezer kunnen denken, ware het niet dat ik de kleur voel van waaruit ze deelt en vertelt: angst.

Ze vertelt verder: ze bezoekt enkele natuurgeneeskundige praktijken die een andere invalshoek hebben, onder andere een kritische blik op de voeding, die zij tot zich neemt. Echter, de andere natuurgeneeskundige praktijk geeft op enig moment ook voedingsadviezen, die weer geheel anders zijn dan de eerdere adviezen.
Ze zegt: ik wist niet meer waar ik goed aan deed, ik raakte verward, de tegenstrijdige stemmen in mijn hoofd werden sterker en sterker, het hield maar niet op, ik voelde angst en omdat ik niet wist wat te eten, hield ik langzaamaan op met eten met als gevolg dat ik erg veel afviel, heel angstig werd en dat waar ik het meest bang voor werd, openbaarde zich: ik kreeg last van ontstekingen en had totaal geen energie meer.

Een familielid van Gabriella informeert de huisarts, het gaat niet goed met haar en ze had nog geen contact opgenomen met de huisarts. De huisarts stuurt haar door naar een diëtist en een psycholoog waar ze binnenkort een kortdurend traject mee afrondt. Ze zegt dat ze nu langzaamaan weer in de opbouw zit; ze kan nog steeds niet veel of lang bewegen, maar ze gaat nu langzaamaan vooruit. Ik had eigenlijk wel naar jou toe willen komen, maar op een bepaald moment ging het niet meer. Ze geeft aan dat het een hele, zware tijd was door de conflicterende stemmen in haar hoofd, die zeiden: je moet dit niet eten, dat is niet goed, zegt Y; ja, maar X zegt dat ik dat wel moet eten, omdat dat de ontstekingen remt, moet ik dat nou wel of niet eten, waar doe ik nu goed aan etc. Ik werd op een gegeven moment helemaal gek van die stemmen.

Op enig moment vraag ik aan haar: wat was de aanpak van de psycholoog?
Ja, zegt Gabriella, dat vraag ik me ook af, wat heeft de psycholoog nou eigenlijk voor mij betekent? Ik zou het niet weten, zegt ze, ik zal mijn schriftje erbij pakken en dan kan ik wat delen over de sessies, waar het over ging. Ik luister en ik merk op dat er totaal niet gesproken is over de loop der dingen, de situatie waarin Gabriella zich bevindt en wat er ten grondslag ligt aan de conflicterende stemmen: angst voor ziekte en daaronder weer angst voor de vergankelijkheid en de eindigheid van het bestaan (ze is op leeftijd) oftewel angst voor de dood. Er is geen basis van vertrouwen in haar van waaruit ze niet over de mogelijkheid beschikt om naar binnen te keren waar de innerlijke stem leidend is: de innerlijke stem die, zonder stress en spanning, aangeeft wat er al dan niet nodig is betreffende de uitslag van het natuurgeneeskundige onderzoek. Integendeel, wanneer angst de motor is, worden we een speelbal van emoties en tegenstrijdige krachten (de stemmen) wat zo kenmerkend is voor de huidige mens, die niet thuis is in het hart en in het lichaam: we weten niet dat we liefde en licht zijn, we laten ons leiden door zorgen, angst, wantrouwen, tekort etc.

Ik vraag op enig moment aan haar wat zij kan zien, in retrospectief, wat de loop der dingen haar toont. Ze heeft geen idee, ik raakte gewoon gevangen in de angst.
Ik deel het nodige en zeg op enig moment: ja, dat klopt, je raakte gevangen in de angst, en als ik zo naar je luister, dan hoor ik angst voor de vergankelijkheid en de eindigheid van het bestaan, en er is geen vertrouwen; ik hoor het aan de wijze waarop je vertelt, de kleur van je stem en geef enkele voorbeelden uit wat ze heeft gedeeld.
Ze ziet het..., ja, daar gaat het over, zegt ze. Alles wat je deelt en nu zegt..., het wordt weer wakker in mij..., ik was het vergeten..., ik werd gewoon gegijzeld door de mind, door de stemmen; geen gewaarzijn...helemaal op gegaan in de verhalen en de angst en niet weten wat te doen, als de dood dat ik was om de verkeerde beslissing te nemen.

Ik deel een ervaring met haar en zeg: ik herken deze angst voor de dood uit het verleden waarbij een chirurg aangaf dat 80% van mijn schildklier verwijderd moest worden; er was 30% kans dat het verwijderde weefsel kwaadaardig zou zijn en dus 70 % kans dat het goedaardig was; in het laatste geval zou de operatie dus onnodig zijn geweest. Ik vond het destijds een hele moeilijke beslissing. In weerwil van familie, die graag zag dat ik mij liet opereren, en na een wankele periode van tegenstrijdige krachten (de stemmen) en angst en een daarop volgende fase van inkeer, bewoog het van binnenuit toch naar 'niet opereren'; ondanks de mogelijkheid dat het kwaadaardig zou zijn. Toen ik dit aan de chirurg mede deelde 'ik ga voor de 70% kans dat het goedaardig is' zei hij: we zien u over een half jaar wel terug mevrouw, niemand houdt die onzekerheid uit... en later ontving ik een telefoontje waarbij mij werd mede gedeeld dat zij hun handen van mij aftrokken en mij niet verder meer wilden begeleiden.
Tja, ik werd toen volledig op mezelf terug geworpen, vergelijkbaar met wat jij afgelopen jaar hebt door gemaakt; de enorme onzekerheid en angst die ik destijds ervaarde... en toch was er een kracht, die op enig moment tot een besluit kwam: ik laat me niet opereren; en er was geen twijfel meer, geen tegenstrijdige stemmen toen de beslissing eenmaal in mij was gevallen. Ondertussen zijn we 16 jaar verder in de tijd en is er nog steeds sprake van een goedaardige tumor, waar ik mee leef.

Tja, zo krijgen we allemaal de nodige uitdagingen en testen op ons bord, die ons tonen waar we staan: gaan we mee met wat de mind ons voorschotelt, de verhalen, de stemmen, de angst...?
Of kunnen we vanuit een ruimer perspectief de mogelijkheid tot groei van de ziel zien en van daaruit bewegen? 

Ik deel met haar dat zij zich in een overgangsfase bevindt waar deze (gezondheids)crisis ook aan gerelateerd is: het bestaan daagt je uit en vraagt je om te vertrouwen en los te laten, op alle mogelijke wijzen..., ik weet dat je gaat verhuizen naar een andere woonplaats, ik weet dat je al zoveel jaren hier woont: in deze woonplaats, in dit huis, met al die spullen waar herinneringen aan verbonden zijn; ik weet dat er veel twijfel is geweest m.b.t. de beslissing om elders te gaan wonen, maar dat op enig moment toch het besluit is gevallen in jou om te gaan. En nu bevindt je je in de ontwortelingsfase, alsof je met wortels en al wordt los getrokken van dat wat bekend, veilig en vertrouwd is. En dan komt er ook nog een natuurgeneeskundig onderzoek met een negatieve uitslag om de hoek kijken, waardoor het loslaten wederom wordt getriggerd: geen controle over lijf en leden; infecties die zich energetisch tonen, maar nog niet zichtbaar op fysiek vlak, angst voor de dood, die je vertwijfeld doet uitreiken naar verschillende therapeuten, in de hoop op verlossing/genezing.

Wat een geweldige kans doet zich nu in je leven voor om je voor te bereiden op het grote loslaten: het afscheid van het leven, het afscheid van alles wat ons dierbaar is, van alles waar we aan gehecht zijn en ons aan vast klampen. Een voorproef van de ontmoeting met de dood. Zie wat er gaande is, laat je niet leiden door de stemmen van de mind, wees gewaar, wees aanwezig, hier en nu, leid jezelf af als de stem indringend is, beweeg mee met de flow van de dag die door je heen gaat in plaats van zoveel te moeten...

Door nu te oefenen in los laten, door mee te bewegen met de flow van het bestaan, in vertrouwen dat het bestaan voor je zorgt, kom je weer thuis, zak je in het bestaan, in het hart, waar het goed toeven is. 

We hebben nog een aantal aspecten besproken, die eigenlijk goed weer gegeven worden in de mail die ik haar naderhand stuur met de zenkaart van Osho die de naamt draagt 'letting go'. Ze mailde me terug dat ze heel dankbaar was voor ons gesprek en ook voor de mail waarin alles nog eens helder werd benoemd.

De mail:
Mooie ontwikkeling waar je je bevindt, niet gemakkelijk, maar een uitgelezen kans voor een doorbraak...van de mind naar vertrouwen, naar het hart, naar overgave aan het bestaan... waar je door gedragen wordt, omdat jij deel bent van het geheel.

Zie de stemmetjes, maar ga er niet in mee, voedt ze niet, kies voor ontspanning..., loslaten, overgave..., laat  je leiden door de flow in jou...de flow van het bestaan wat door deze verschijning heen werkt...nu een wandeling, nu pak ik een kast aan, nu ga ik even liggen, nu vraag ik hulp etc.

Wees mild voor jezelf...dat je contacten heb opgepakt waar je eigenlijk niet mee verder wilde..., omdat je je zo alleen voelde..., heel menselijk...en vertrouw op de innerlijke stroom van wijsheid in jou, een heel natuurlijke stroom, die bepaalt hoe deze contacten zich verder ontvouwen...of je alsnog of wederom weer afscheid neemt of iets anders. Alles lost zich vanzelf op, op het juiste moment, wat niet het moment van het ego hoeft te zijn, geef het aan het bestaan, leg het in je hart, laat los...en het wordt vanzelf helder waar het heen beweegt.

En verder: opruimen van je huis...geef weg of verkoop wat je niet gebruikt...
Een mooie oefening in het verleden los laten, wat uiteindelijk allemaal voorbereiding is op het grote loslaten: de dood: het grote onbekende.

Dus lieve schat...geef je over, elke kans of situatie waarin je de mogelijkheid hebt te oefenen met loslaten en vertrouwen, maak er gebruik van...en zie de ondersteuning van het bestaan..., vraag hulp aan het universum...en adem...ontspan...

Heel veel sterkte! En mocht je nog eens willen uitwisselen, je weet me te vinden.

www.bewustzijnscoaching
LinkedIn: Caroline Ootes
Facebook: Caroline Ootes, Ontwaken, Bewustzijnscoaching

 

Love your mind, don't make it your enemy.



You have to go through your suffering, through your own hell.
 No one else can do it for you.
(Osho)

Er komt een cliënt in de praktijk. Ze geeft aan dat ze rust in haar hoofd wil vinden, dat ze heel veel in haar hoofd zit. ‘Ik wil overal een antwoord op, een verklaring waar het vandaan komt’, zegt ze. En dan…, vraag ik, wat levert je dat dan op? Lost de vraag dan op of komt er weer een nieuwe vraag voor in de plaats?
Ze lacht, uit herkenning: ‘Ja, die vragen gaan maar door…, dat houdt nooit op, maar ik kan het niet stoppen. En wat het me oplevert? Nou, als ik een verklaring heb, dan kan ik het sturen of loslaten…, ik heb gewoon een controle issue en ik kan er niet tegen dat ik nergens geen controle meer over heb. En dit is allemaal begonnen toen ik enkele jaren geleden werkloos raakte. En dan gaat er door me heen dat ik achter werk aan moet gaan, dat ik moet solliciteren, maar er komt niets in beweging, en dat begrijp ik gewoon niet…, zo ben ik nooit geweest… Ik voel me zo gefrustreerd…, ik herken mezelf gewoon niet meer. Voordat ik werkloos raakte was ik een heel andere vrouw: onafhankelijk, krachtig, zelfstandig, ik pakte zaken aan… Maar nu maak ik overal een drama van. Ik weet het gewoon niet meer… En dan vraag ik me af of ik niet meer moet gaan voelen of dat ik teveel denk… of te weinig. En dat hoofd gaat maar door en dan ga ik naar buiten om heel mindfull te fietsen of te wandelen, om maar uit dat hoofd te raken, ik moet dan van mezelf mindfull zijn, zo van: nu moet het afgelopen zijn met die dwangmatige neiging om maar te denken..., ik onderdruk het dan gewoon, maar zodra ik thuis ben, neemt het hoofd het weer over. Vroeger had ik dat niet, voordat ik werkloos raakte. Ik begrijp er niks van.

Herkenbaar voor de lezer? De neiging om alsmaar rond te dobberen in het hoofd? De neiging om overal een verklaring of antwoord op te formuleren? De neiging tot psychologiseren en analyseren vanuit een onderliggende behoefte aan controle: als ik het nou maar begrijp wat er in mij plaats vindt, dan kan ik het sturen of loslaten. Herkenbaar dat het alsmaar doorgaat en dat je de neiging niet kan stoppen?

Ik voel haar angst aan…, ze verliest greep op haar leven…, een greep die niemand heeft, ook al denken we van wel... Niets is meer duidelijk en voorspelbaar voor haar, ze heeft 'het' niet meer in de hand. Sinds ze werkloos is, is de persoonlijke wilskracht aan het uitdoven…, ze herkent zichzelf niet meer… en het mechanisme (wilskracht) waarmee ze spanningen onder het vloerkleed kon vegen, wat zo goed werkte voordat ze werkloos raakte, functioneert niet meer. Het ego is in een afbraakproces en de mind trekt alles uit de kast om te overleven: analyseren, psychologiseren, angst, twijfel, verwarring. Tja, hoe vind je dan rust in je hoofd?

Ik voel compassie voor haar en deel met haar wat ik waarneem: er is een stervensproces gaande, de persoonlijke wilskracht dooft uit. Niet eenvoudig..., maar het brengt je uiteindelijk thuis, het brengt je naar overgave aan het bestaan. Alles bevindt zich op de juiste plaats en tijd (een statement die zij gebruikte voordat ze werkloos raakte) en dient jou om wakker te worden uit de greep van het ego, uit de greep van de mind, die controle wil, houvast, zekerheid en duidelijkheid (zo ben ik). Dat is niet het Leven zelf, want het Leven zelf..., wat jij in essentie bent..., stroomt... En leeft in overgave met wat is.

Ik zie de perfectie van het bestaan door haar heen werken: het lijden wat dient om thuis te komen bij het Zelf. Ik ben er zelf doorheen gegaan en herken wat ze beschrijft: de persoonlijke wilskracht doet het niet meer..., het beeld wat je over jezelf had..., alle eigenschappen waarmee je jezelf identificeerde..., het stort allemaal in..., je herkent jezelf niet meer.

En om je daaraan over te geven..., aan dat afbraakproces..., aan het gegeven dat je niets meer in de hand hebt (wat altijd al zo was), is niet eenvoudig..., de mind komt in opstand, alles moet blijven zoals het was...

Tja, en dan kom je op een punt in je leven dat alles wat gestold was (baan/beeld over jezelf/je identiteit) overhoop wordt gehaald...

Een maand later is er een vervolgafspraak. De avond voorafgaand aan het consult kom ik op you tube een satsang tegen van Osho met als titel: How to stop thinking? Na het schrijven van de laatste blogs over zelfonderzoek ben ik benieuwd hoe Osho deze vraag beantwoordt. Ik beluister de satsang en geniet van zijn wijsheid:

Love your mind, don't make it an enemy.

Prachtige uitspraak..., zo waar...
Tja, wonderlijk..., alles bevindt zich op de juiste plaats en tijd: een toevalligheid - het beluisteren van de satsang - sluit naadloos aan bij de vraag van deze cliënt. Ik deel de essentie van de satsang met haar, het komt binnen. En ik deel de metafoor die beschreven staat in mijn blog 'overtuigingen transformeren, de directe weg'. Ik zie dat er energetisch het een en ander gebeurt tijdens de overdracht.

Weer een maand later komt ze terug.
Ze zegt: er is echt iets verschoven in mij en ik geef jou de schuld, ze kijkt me aan en geeft een knipoog. Er is een enorme last van me afgevallen. Van de ene op de andere dag viel een lading stress van me af.  Ik begrijp gewoon niet meer waar ik me al die jaren zo druk over heb gemaakt..., al die stress was helemaal niet nodig geweest..., dat zie ik nu.

Tja, zo waar wat ze zegt: al die stress was helemaal niet nodig geweest. Maar ja, als je er middenin zit, als je door de mind wordt gegijzeld, als je al je gedachten/emoties gelooft, als je vanuit de mind (nu moet ik mindfull zijn) het gevecht met de mind aangaat, dan is het leven een hel..., totdat je de deur ontdekt, die altijd al open stond: getuige bewustzijn.

Wonderlijk hoe het leven kan lopen...

Ja, getuige bewustzijn, daar gaat het om: los komen van de mind. Niet door de strijd met de mind aan te gaan, maar door liefde voor de mind: oordeelloos bezien wat er in de mind plaats vindt.

Louise geeft aan dat mijn uitleg over de metafoor van de zaal (bewustzijn) en het podium (de mind) heel behulpzaam voor haar was/is (zie blog: overtuigingen transformeren, de directe weg).

Love your mind, don't make it your enemy.

Voor de liefhebbers, de link naar Osho 'How to stop thinking?':
www.youtube.com/watch?v=tCShgsLzpjA

www.bewustzijnscoaching.com
LinkedIn: Caroline Ootes
Facebook: Caroline Ootes, Ontwaken, Bewustzijnscoaching

Niets is zeker. Leer dat lief te hebben.



Als niets zeker is, is alles mogelijk.

We (mijn partner en onze dochter) zijn op vakantie in een ander land, een land waar we nog niet eerder zijn geweest. Op enig moment laat onze dochter ontvallen dat ze haar zus mist, die in de zomer van 2016, is overleden. Ze geeft aan dat ze tijdens andere vakanties met het gezin gewend was om in de avond samen met haar op pad te gaan, dat gaat nu niet meer. Ze is verdrietig.

Later laat ze weten dat ze zin heeft om leeftijdsgenoten te ontmoeten om samen te chillen. Ze plaatst een bericht op tinder friends en niet veel later ontvangt ze een berichtje van een jongeman van haar leeftijd, die op 17 km afstand van ons adres in een vakantiehuis, samen met twee andere mannen verblijft; ze laat een foto zien van de jongeman, die aangeeft dat ze een riant vakantiehuis hebben gehuurd, wat zich op een afgelegen plek bevindt.

We bevinden ons op dat moment aan zee. Mijn partner ligt enkele meters verderop, hij heeft de schaduw opgezocht en luistert op een afstandje mee naar het gesprek wat zich tussen mijn dochter en mij ontvouwt. Ze heeft zin in een avontuur, zegt ze. Ze vraagt zich af hoe ze daar komt en hoe ze ’s nachts weer thuis komt.

Gaande het gesprek staat mijn partner op en loopt naar ons toe. Hij laat duidelijk blijken dat hij niet wil dat ze gaat: een onbekend land, 17 km afstand van ons adres, afgelegen huis, 3 mannen die ze niet kent…,waar is dat allemaal voor nodig… het is onze laatste avond…, samen uit, samen thuis… is zijn motto.

Aan alles voel ik dat zijn reactie voort komt uit angst. Zo bang om nog een dochter te verliezen…, hij voelt dat hij geen enkele controle heeft over de situatie…

Tja, hoe ga je om met een dergelijke situatie als je dochter een volwassen vrouw is van 26 jaar en je partner duidelijk te kennen geeft dat hij dit uitstapje van zijn dochter niet ziet zitten?

Dochterlief is even van slag van de reactie van haar vader. Haar vader gaat de zee in. Ze hervat het gesprek met mij. Wat vind jij ervan? Wat zal ik doen? Geen idee, zeg ik, wat gaat er nu allemaal door jou heen? Nou, ik wil pappa niet teleurstellen, en het is natuurlijk ook leuk om samen af te sluiten met een etentje en ik begrijp ook wel dat hij bang is, maar ja, ik ben 26 jaar... en ik voel ook een druk als pappa dit zegt…, dat ik niet kan doen wat ik zelf wil…, ik hou nou eenmaal van wat avontuur...

Oké, en verder..., wat leeft er nog meer in je? Nou, ik vind het leuk, ik heb er zin in, mensen ontmoeten en lekker chillen met elkaar, maar ja, het vervoer is nog een probleem: hoe kom ik daar en hoe kom ik weer thuis? Wat zal ik nou doen?

Doe wat klopt voor jou, zeg ik, ook als het niet klopt voor je vader. Jij bent niet verantwoordelijk voor zijn gevoelens, of dat nou angst is… of teleurstelling vanuit een verwachting die hij heeft over de laatste avond. En je vader heeft natuurlijk alle recht om zich te uiten, om zijn behoefte uit te spreken en zijn angst te tonen, maar dat betekent niet dat jij je daarnaar dient te voegen. De druk die je ervaart wordt niet veroorzaakt door je vader, die druk leeft in jou, het is de druk van de aanpassing, die in ieder van ons leeft, het is niet eenvoudig om je-Zelf te zijn, om tegen de verwachting van de ander in… de innerlijke stem… trouw te zijn.

Het is aan jou om te ontdekken wat de innerlijke stem je influistert, wat klopt voor jou. En er zijn meerdere mogelijkheden: je kan eerst met ons samen uit eten gaan en dan deze jongemannen opzoeken, je kan uit eten gaan met ons en vervolgens kijken wat er hier in de directe omgeving aan mogelijkheden zijn om leeftijdsgenoten op te zoeken (café in de buurt/happening op het strand), je kan met ons uit eten gaan en daarna lopen we samen nog naar de oude stad om wat te slenteren en ergens een drankje te doen, je kan ook beslissen om geen gehoor te geven aan de drang naar avontuur, om te ervaren wat dat in jou teweeg brengt, wat ontmoet je in jezelf als je niet ‘uit’ gaat.

Ze laat het allemaal even bezinken. Op enig moment zegt ze: Ik ga niet…, ik weet niet hoe ik daar moet komen en ook de terugreis is een probleem. Kan jij me niet ophalen? Nee, zeg ik, daar heb ik geen zin in. Ik wil je wel brengen zolang het licht is, leuk om met de auto de omgeving te verkennen, maar de terugreis dien je anders te regelen. Oké, zegt ze, ik ga niet, te ingewikkeld allemaal.

Enige tijd later appt de jongeman, hij is bereid haar op te halen, maar aangezien hij zelf enkele alcoholische drankjes wil nuttigen, kan hij haar niet terug brengen naar het adres waar wij verblijven.

Zijn reactie verandert haar gedachten: ze geeft aan dat ze op de uitnodiging in wil gaan en vraagt of hij een taxi voor de terugreis kan regelen. Niet veel later volgt een naam en telefoonnummer van een taxichauffeur die bereid is om haar, eventueel midden in de nacht, naar huis te brengen. Ze zegt: Ik ga…, ik ga eerst samen met jullie uit eten en dan laat ik hem mij ophalen vanaf ons adres.

Oké, zeg ik, dan lijkt het me fijn om hem even te ontmoeten op het moment dat hij je komt ophalen en ik wil het adres waar hij verblijft, zijn naam en telefoonnummer. Laat de foto nog eens zien van deze jongeman? Ik kijk nog eens goed en voel de foto in: goeie energie, vertrouwenwekkend. De situatie zoals die zich nu ontvouwt voelt goed voor mij. Mijn dochter zegt: Moet ik het pappa vertellen? Dat kan ik niet hoor…, dat ziet hij vast niet zitten. We zien wel hoe het zich ontvouwt…, dat weet ik nu ook nog niet; in ieder geval kan je het geld voor de taxi lenen en leuk dat we nog samen uit eten gaan, dat zal je vader fijn vinden.

Na het eten wordt ze vanaf ons verblijfadres opgehaald. We lopen naar buiten en maken even kennis met de jongeman. Hij stapt uit de auto, stelt zich voor en ik laat weten dat ik het fijn vind om hem even te ontmoeten: we zijn in een onbekende omgeving, we kennen je niet en onze dochter is ons dierbaar. Hij reageert begripvol: kan ik me voorstellen, zegt hij, heel goed om een oogje in het zeil te houden. Mijn partner is gerust gesteld.

Ze stapt in en belooft een appje te sturen. Ik leefde in de veronderstelling dat ze het adres van het verblijf van de jongemannen nog zou sturen. De volgende dag bleek dat ze, voorafgaand aan haar afspraak, de locatie al had geappt, wat ik niet goed had geregistreerd.

Drie kwartier later ga ik naar bed, er is nog geen app met het adres binnen gekomen. Dat is ze vast vergeten…, gaat er door me heen…, nou ja, het is goed zo…, ik ga slapen.

Na een paar uur ga ik naar het toilet en kijk daarna nog even op de telefoon. Geen bericht. Jammer, ik weet dus niet hoe het met haar gaat en het adres waar ze verblijft is niet bekend (dacht ik). Ik verkeer in de zone van het 'ongewisse'. En toch komt er geen beweging op gang om haar een app te sturen. Ik stap weer in bed. Het is warm, ik kan de slaap niet vatten. Ik zie het ene scenario na het andere scenario voor mijn geestesoog verschijnen, onbewogen kijk ik toe naar de mogelijkheden: ze kan verkracht worden, ze kan vermoord worden, ze kan een geweldige avond ervaren en ergens in de nacht weer thuis aanwaaien, ze kan het reuze naar haar zin hebben en besluiten om te blijven slapen, ze kan het zo naar haar zin hebben dat ze besluit om nog een weekje met hen op te trekken. Dit zijn zo wat mogelijkheden die voorbij komen, ik ben er rustig onder.

Maar achter de scenario’s wordt er wel een andere diepe toon geraakt, een toon die gerelateerd is aan angst: de toon van het ongewisse, de toon van het niet weten, van het onbekende, van totale openheid, wat het Leven zelf is: onbekend, fris, nieuw, een avontuur. Het voelt beangstigend..., die totale openheid.

Rond een uur of drie bezoek ik wederom het toilet en kijk nogmaals op de telefoon: geen bericht. Ik bel haar. Ze neemt op, ze heeft het naar haar zin, ze wacht nu op de taxi en komt naar huis.  Fijn dat ze het naar haar zin heeft, dat ze geniet, zonder haar zus, die er niet meer bij kan zijn.

En voor ons…, voor mij… wederom een test van het Leven zelf: overgave aan het bestaan zelf, dat is waar het over gaat…, zonder enige reserve…, overgave aan de totale openheid…, niet wetende wat het volgende moment brengt, niet wetende wat de uitkomst is, niet wetende hoe deze situatie zich zal ontvouwen…, wat altijd al het geval is..., ook al leven we in de veronderstelling dat we het bestaan c.q. situaties naar onze hand kunnen zetten...

De realiteit is dat we geen enkele controle hebben, dat is de feitelijke situatie, waar we als de dood voor zijn zolang we onszelf bezien als afgescheiden van het bestaan: 'ik' en de wereld.

En wat betekent de wereld voor ons? Leeft er vertrouwen in ons? Of ervaren we de wereld als bedreigend en vijandig? Wat is ons perspectief?

Het 'ik' (ego) kent geen vertrouwen, het 'ik' is een creatie van de mind waardoor we ons afgescheiden ervaren van het leven zelf.
Het 'ik' wil zekerheid en duidelijkheid, wil weten waar het aan toe is, maar de realiteit is dat niets zeker is, er is geen houvast, er is niets om ons aan vast te klampen, ook al denken we van wel, ook al trachten we allerlei zekerheden te creëren (huis, partner, werk, gezondheid etc.).

En dan hoor ik mijn leraar zeggen: niets is zeker, leer dat lief te hebben.
Ja, dat is wat wij een jaar geleden (2016) ten volle aan de lijve hebben ondervonden: de dood van onze dochter.

Ik voel dat er een diep loslatingsproces gaande is in mij..., een langzame ontmanteling van het 'ik', van de identiteit, van het zelfbeeld (dit ben ik). Niets is meer zeker..., die realisatie is gaande, een afbraakproces wat zich voltrekt...

En als niets meer zeker is, dan zijn alle antwoorden mogelijk, alle scenario’s…, want dat is het Leven.

Vertrouwen in het bestaan, daar gaat het over…, wat overigens niet betekent argeloos of naïef in een situatie stappen. In deze situatie betekende dit voor mij: foto bekijken, even kennis maken, naam en telefoonnummer bekend, adres van verblijf vragen.

En zo draagt het universum met enige regelmaat onvoorziene testen aan zoals bovenstaande situatie met onze dochter. En het bewustzijn in mij kijkt toe: wat brengt deze situatie in mij teweeg? hoe reageer ik? Vanuit angst en zorg of vanuit vertrouwen?

Geen adres van het verblijf van de jongeman (dacht ik) + geen beweging tot het sturen van een app om adres te vragen… Voorheen zou ik in dergelijke situaties direct vanuit angst en zorg contact hebben opgenomen...

Tja, dat is het Leven. Welke testen van het universum kom jij tegen? Zie je ze? En wat brengen deze testen in jou teweeg? Is er verzet? Klamp je je vast? Of beweeg je mee? Onderzoek je voor jezelf wat deze test je toont? Iedere test draagt de mogelijkheid in zich tot groei, tot bewustzijn.

En dan ben ik onze dochter weer heel erg dankbaar voor haar avontuurlijke spirit, haar vertrouwen in de mensheid, een spiegel voor ons, ook al vergist zij zich soms.

De volgende dag lees ik de blog aan haar voor en vraag ik aan haar of zij zich hierin kan vinden. Is het oké als ik dit publiceer? Ja, zegt ze, het is oké.
Wat is de hapering die ik hoor, zeg ik.
Ik ben bang dat mensen weer over me heen vallen, dat ze weer van alles van me vinden, dat ik geen rekening met jullie heb gehouden, terwijl Simone rond deze tijd een jaar geleden is gestorven etc.
Nou, zeg ik, dat zal ik in de blog zetten…, misschien begrijpen ze ook de andere kant van de medaille…, dat je mij/ons dient in onze groei…, het is niet altijd gemakkelijk…, dat moet ik toegeven, maar ik ben je dankbaar…, heel dankbaar voor wie jij bent…

www.bewustzijnscoaching.com
Facebook: Caroline Ootes, Ontwaken, Bewustzijnscoaching
LinkedIn: Caroline Ootes

Moed betekent angst voelen en toch je hart volgen.



Moed betekent angst voelen en toch je hart volgen.

We zijn op vakantie. Kennissen uit de omgeving komen langs, op visite.

De man en de vrouw delen de wetenswaardigheden van het afgelopen jaar. We luisteren naar de nieuwtjes en vragen hier en daar door. Leuk om te horen welke concrete veranderingen er in hun leven hebben plaats gevonden (verbouwing/andere baan).

Het tempo van het gesprek ligt ‘hoog’. Het ene verhaal na het andere wordt gedeeld. Na enige tijd valt mij op dat er niet een wederkerige uitwisseling ontstaat. Zij delen, wij (mijn partner en ik) luisteren. Wat maakt dat deze uitwisseling zo verloopt?

Wat ik bemerk, is er dat er weinig ruimte is in het gesprek, ruimte in de zin van openheid, ruimte in de zin van vertraging, ruimte in de zin van pauzes gedurende het delen, ruimte in de zin van: stilte.

De stilte, de openheid, de vertraging van waaruit verdieping, een werkelijk ontmoeten en humor kan ontstaan...

Op enig moment wordt er een wedervraag gesteld: welke nieuwtjes hebben jullie?
Ik voel geen enkele impuls om wat te delen. Er komt niets op. Ik heb geen nieuwtjes te delen. Wel een proces doorlopen naar aanleiding van het overlijden van onze dochter, waar zij van op de hoogte zijn.

De energie in het gezelschap ligt ‘hoog’ of is ‘gehaast’, ‘snel’. Ik merk dat ik wat tijd nodig heb om te zakken, om in te dalen, om te voelen wat er van binnenuit gedeeld wil worden, maar die tijd ontbreekt. En ik spreek me daarover niet uit. Mijn partner doet een poging door een nieuwtje te delen. Het nieuwtje wordt op een bepaalde wijze opgepakt en vertaald door de ander. Er komt geen uitwisseling op gang en al snel draaien de rollen weer om. Hier en daar plaats ik nog een opmerking, maar er komt geen werkelijke ontmoeting op gang.

Ik bekijk onze interactie. Ja, zo gaat het…, dit is het hoofdmenu, niet het voorgerecht, maar het hoofdmenu: de wetenswaardigheden. Geen stilte, pauze, vertraging van waaruit verdieping en humor kan ontstaan, maar in een hoog tempo zenden.
Hij mist contact, hij mist de uitwisseling van emoties, geeft de bezoeker aan. Dat begrijp ik, als ik zo het gesprek waarneem. Hij voelt zich alleen, eenzaam, kent weinig mensen. Dat begrijp ik, als ik zo het gesprek beluister.

Na 1,5 uur breekt het moment aan om afscheid te nemen. De man geeft aan dat we altijd langs kunnen komen als er iets is, dat zij graag met ons willen wandelen en vervolgens nodigt hij ons uit om over 6 dagen te komen barbecueën.

En dan komt het erop aan: Wat zeg ik? Wat is mijn waarheid? Wat voel ik? Wil ik wel nader contact? Wil ik wel barbecueën met hen? En durf ik me uit te spreken ook als de ander dat mogelijk als een afwijzing of teleurstelling ervaart?

Eén ding is op voorhand voor mij duidelijk: ik wil niet barbecueën. Ik voel er niets voor om een aantal uren van mijn tijd door te brengen met mensen, die zich bewegen op het level van nieuwtjes. Niet dat er iets mis is met hen (het zijn sympathieke mensen) of met het uitwisselen van nieuwtjes, maar dat kan ook door even een praatje te maken, zo nu en dan.

Oké, de uitnodiging. Wat is mijn antwoord?
Ik zeg: ik weet het nog niet. Waarop de ander reageert: hoezo weet je het nu nog niet?
Ik zeg: Ik wil eerst met mijn partner overleggen, ik laat het je nog weten.
Hoezo is daar overleg voor nodig? Je weet nu toch wel of je over 6 dagen wilt barbecueën? (En dat klopt, ik weet mijn antwoord, maar ik ben niet alleen, er is ook een partner, en ik vind het niet makkelijk om ‘nee’ te zeggen).

En vervolgens kijkt hij vragend naar mijn partner: wat vind jij ervan? En ik zeg nogmaals dat ik met mijn partner wil overleggen: ik laat het je over enkele dagen weten. Mijn partner knikt instemmend naar mij en het gezelschap. Ik zie en voel dat de bezoeker geïrriteerd is en zich afgewezen voelt.

Ik pak de draad weer op en zeg: ik weet niet of ik het nu wel wil…, misschien voelt het gewoon te snel…, voelt het meer kloppend als we over een maand afspreken om te barbecueën. En ik wil ook gewoon even afstemmen met mijn partner. Waarop hij verbolgen reageert: Over een maand? zegt hij (dan pas…), nou, dan weet ik niet of ik er wel ben, misschien ben ik dan wel op vakantie. Waarop ik zeg: Oké, dat zij dan zo. Dat antwoord vindt hij niet leuk. En ik voeg eraan toe: Als het antwoord ‘nee’ is, als we jullie uitnodiging afslaan, betrek het dan niet op jezelf. Het gaat niet over jullie, ik mag jullie, maar de vraag is of ik op deze wijze wil afspreken met jullie. Nou, reageert hij echt geïrriteerd: ik wil het wel een paar dagen van tevoren weten om de inkopen te doen.
Ik zal het je tijdig laten weten, zeg ik.

Voel je het gesprek aan? Voel je hoe moeilijk het is om jezelf trouw te blijven als je een sterk appèl voelt van de andere kant tot contact? Als je weet dat de ander zich eenzaam voelt, ook al ben ik niet verantwoordelijk voor de eenzaamheid van de ander… Voel je wat voor enorme uitdaging er in zit om je uit te spreken, om je waarheid te leven?

Zo nu en dan een praatje of een kopje koffie/thee, meer zit er niet in. Dat is het antwoord van binnenuit, oftewel ‘mijn’ waarheid. Ga er maar eens aan staan om deze boodschap in alle openheid en eerlijkheid te geven. Ik wijs hen niet af, maar zo interpreteren zij dat wel, zij betrekken het op zichzelf, maar daar gaat het niet over, het gaat niet over hen, maar over mij: wat klopt voor mij?
Ook al klopt dat niet voor de ander…

Ja, maar je kunt toch niet altijd uitgaan van jezelf? Dat is toch egoïstisch?
Is dat zo? Is het egoïstisch om jezelf trouw te zijn? Of is het egoïstisch van de ander om er bij voorbaat vanuit te gaan dat je aan de verwachting (de uitnodiging) van de ander tegemoet komt? Het is toch een uitnodiging? Oftewel: een vraag? En op een vraag zijn toch meerdere antwoorden mogelijk: ja, nee, misschien. Mag ik ‘nee’ zeggen? Of dien ik eigenlijk ‘ja’ te zeggen, omdat de ander zich anders afgewezen voelt of teleurgesteld, alsof ik verantwoordelijk ben voor de reactie van de ander?

Ben ik verantwoordelijk voor de pijn die de ander in zich draagt, de pijn die geraakt wordt op het moment dat ik ‘nee’ zeg, de pijn die ooit is ontstaan in zijn of haar geschiedenis? Dien ik dan het leven te leiden wat anderen van mij verwachten, omdat zij zich anders afgewezen of teleurgesteld voelen?

Ben ik op het punt aangeland dat ik een afwijzing van de ander in ontvangst kan nemen wetende dat deze afwijzing niets over mij zegt, maar alles over de ander: hij of zij raakt getriggerd door een ‘nee’, hij of zij heeft een verwachting waar ik niet aan tegemoet kan komen, hij of zij laat de ander (mij) niet vrij, er is geen ruimte bij de ander om elk antwoord in ontvangst te nemen, het antwoord moet eigenlijk ‘ja’ zijn. Is dit liefde?

Hoe groot is het hart van de ander als er impliciete eisen worden gesteld? Als je eigenlijk geen ‘nee’ mag zeggen. Is het egoïstisch om naar jezelf te luisteren? Om na te gaan wat klopt voor jou? Ook als dat niet klopt voor de ander… Moet ik dan mijn leven zo  leven dat ik aan alle verwachtingen en verlangens van anderen voldoe? Dus dat ik het leven van anderen leid in plaats van het leven zoals het van binnenuit klopt?

Van waaruit bewegen we mee met al die verwachtingen die anderen over ons hebben? Schuldgevoel? Dan ben ik geen goeie …: vader, moeder, dochter, zoon, buurvrouw/man, partner, werknemer, werkgever?

Bewegen we mee met de verwachtingen om mogelijke oordelen van anderen te voorkomen? Oordelen die nog in onszelf leven, want anders zouden de oordelen van anderen ons überhaupt niet raken. Oordelen die voort komen uit overtuigingen, die we van jongs af aan hebben mee gekregen: als je aan jezelf denkt ben je een egoïst, dan heb je niets voor de ander over. Is dat zo? Heb je niets voor de ander over als je uitgaat van datgene wat klopt voor jou?

In hoeverre ben je echt aanwezig, in verbinding, in contact, als je ‘ja’ zegt, terwijl het van binnen een ‘nee’ is? In hoeverre is dat liefdevol naar de ander toe? Maar bovenal naar jezelf? Waarom voelen zoveel mensen zich moe en uitgeput? Zou dat onder andere te maken kunnen hebben met het gegeven dat we niet luisteren naar dat wat de innerlijke stem aangeeft, omdat we geleefd worden door allerlei overtuigingen, die aan ons door opvoeders en maatschappij met de paplepel zijn mee gegeven?

Oké, terug naar de situatie. De uitnodiging voor de barbecue. Ik overleg met mijn partner en vraag hem hoe hij erin zit. Hij geeft aan dat hij niet van barbecueën houdt. Zo nu en dan een kopje koffie/thee drinken en hij wil ook wel een enkele keer met de mannelijke bezoeker wandelen (of het er daadwerkelijk van komt, weet hij niet), maar hij zit niet te wachten op een barbecue.

Dit is het antwoord wat ik de bezoekers stuurde:

Ha lieve mensen,
Barbecue: nee. We vinden het leuk om jullie zondag even te bezoeken, de  verbouwing te zien en een praatje te maken, als het voor jullie ook oké is.

Ik kreeg het volgende antwoord terug: Hi, Oke op zondag.

Tja, zo gaat het dan…, dikke kans dat hij zondag vraagt waarom we niet willen barbecueën. En wederom een uitdaging: wat zeg ik dan? En mijn antwoord is anders dan het antwoord van mijn partner. Durf ik open en eerlijk aan te geven hoe voor mij de vork in de steel zit: zo nu en dan een praatje, dat is het, het heeft niets met jullie persoonlijk te maken, dit is gewoon het antwoord wat ik van binnenuit voel.

Ben benieuwd wat zich zondag ontvouwd.

PS betekent dit dat mijn partner voor hetzelfde dient te kiezen? Nee. Als hij wil gaan wandelen, eten, kletsen of anderszins…, ga je gang…, je bent een vrij mens…, net als ik.

De vrijheid die in mij rijzende is, gun ik ieder ander.

www.bewustzijnscoaching.com
Facebook: Caroline Ootes, Ontwaken, Bewustzijnscoaching
LinkedIn: Caroline Ootes

Als het hart gesloten is, regeert de mind.



Als het hart gesloten is, regeert de mind.

We zien de werkelijkheid niet zoals die is..., was het maar waar...
Het is de mind die regeert. En zolang de mind aan het roer staat, kijken we vanuit een gekleurde bril naar de werkelijkheid. Die bril bestaat uit etiketten en labels die we op onszelf, de ander en de wereld plakken.

Voorbeeld: de wereld is onveilig, al die buitenlanders en vluchtelingen nemen ons land over en plegen geweld tegen homo's en vrouwen.

Anders gezegd: we zien de werkelijkheid door een sluier van meningen, oordelen, voorkeuren en afkeuren, godsdienstige overtuigingen en ga zo maar door..., waardoor we de realiteit niet zien zoals die is, maar zoals wij deze bedenken.

We zijn een gevangene van de mind, zonder dat we ons dat realiseren.
En dit is geen individuele kwestie (sommige mensen hebben (voor)oordelen en anderen niet), nee, het is een collectieve aangelegenheid: de mensheid is niet thuis in het Hart.

We leven vanuit angst en wantrouwen.
Angst voor tekort: buitenlanders pikken onze banen en huizen in (overtuiging).
Angst voor de medemens: Turken en Marokkanen zijn niet te vertrouwen (profiteurs en raddraaiers). Angst voor veroordeling en geweld: we lopen als homostel niet meer hand in hand over straat, omdat we anderen niet willen provoceren (overtuiging).

Zolang we niet thuis zijn in het Hart kwetsen we onszelf en anderen. We kwetsen onszelf met oordelen over onszelf: het gevoel niet te voldoen, tekort te schieten, schuld en schaamte etc. En we kwetsen anderen, die we labelen als 'tuig', 'profiteurs', 'ongewenst' en 'niet welkom'.

Pijnlijk, omdat we allemaal mensen zijn..., en niemand meer of minder is dan de ander.

Pijnlijk om uitgesloten te worden als Marokkaan, Turk, vluchteling, homo, vrouw, jood... En ga zo maar door. Oorzaak: identificatie met de mind.

Identificatie met de mind leidt ertoe dat we de ander niet 'open' tegemoet treden. Er zit een filter van opvattingen tussen. En dit maakt het zo moeilijk om elkaar echt te verstaan, om elkaar van hart tot hart te ontmoeten. Gevolg: discussie, je gelijk willen halen (mijn standpunt is waar, de jouwe niet), misverstanden (omdat we ons niet kunnen verplaatsen in de ander), ruzie, haat, uitsluiting, oorlog. We zien het licht niet in onszelf en daarmee ook niet in de ander: het hart is gesloten.

En we staan er niet bij stil dat we dag in, dag uit ons ecosysteem vullen met al onze gedachten, meningen en oordelen... We weten niet beter... Van jongs af worden we groot gebracht in het collectieve veld van de mind. Niet vreemd dat de wereld er zo uit ziet, zoals ze is.

Herken je wat ik aangeef? Herken je de neiging in jezelf om doorlopend alles en iedereen te beoordelen? Meningen bij de vleet...

Sta je weleens stil bij de impact van deze neiging? De impact van al die oordelen, die we over onszelf erop na houden? Wat doet dat met ons? Is het liefdevol om onszelf keer op keer te bekritiseren?

Sta je weleens stil bij de impact van al die oordelen, die we hebben over anderen?
Wat betekent deze neiging voor de omgang met onze medemens?
Hoe treden we de ander tegemoet wanneer we ervan uitgaan dat de ander onze vijand is, niet welkom? Hoe benaderen we de ander als we bang zijn voor de ander?
Wat zenden we dan uit waar de ander weer op reageert?
Wat doet het met Marokkanen, Turken (etc.) en vluchtelingen, die niet mee mogen doen in de maatschappij? Is het liefdevol om zo met de medemens om te gaan?

Sta je weleens stil bij de impact van al die overtuigingen, opvattingen en meningen op de samenleving als geheel? En de wereld?

De neiging om vanuit een bedachte werkelijkheid te leven, maakt dat we van alles op onszelf, de ander en de wereld plakken, wat niet de werkelijkheid zelf is.

Tja, de Mind versus het Hart.

Voorbeeld: Het stemlokaal.
Er bevindt zich een man van allochtone afkomst met partner in een stemhokje. De man draagt een djellaba (lang gewaad). Er staan wat mensen te wachten bij de tafel waar de stembiljetten worden uitgedeeld. De man van allochtone afkomst staat achter zijn partner, over haar heen gebogen in het stemhokje. Een man die in de rij van wachtenden staat, spreekt de allochtone man met een luide, agressieve stem aan: ‘Hé, wat bent u daar aan het doen…, dat mag helemaal niet, u mag niet met een ander in het stemhokje staan.’ Waarop een man, die zich achter de tafel met de stembiljetten bevindt, met lading het overneemt en zegt: ‘U bent hier in Nederland, U moet zich aan de Nederlandse regels houden, er mogen geen twee mensen in een stemhokje.’ Vervolgens neemt de wachtende man het stokje weer over en zegt op luide, agressieve toon: ‘Ik weet niet wat je daar allemaal aan het doen bent, met die telefoon bij het stembiljet, maar dat is verboden.’ Waarop de man van allochtone afkomst zegt: ‘Ik help mijn vrouw, ze kan niet lezen en schrijven en zij heeft ook recht om te stemmen.’ De stemming is geladen en vijandig.

Zie je de uitwerking van de mind? De uitwerking van oordelen en meningen over de ander? Enig idee welke plaatjes er in de wachtende man leven over het echtpaar in het stemhokje?

Mogelijke plaatjes: 'Weer zo’n buitenlander die zich niet gedraagt, die de regels aan zijn laars lapt en vervolgens ook nog eens voor zijn vrouw wil bepalen wat ze moet stemmen, zij moet zeker precies stemmen wat hij goed acht, alle vrouwen van allochtonen worden onderdrukt, kijk maar, hier gebeurt het ook.'

En wat was de realiteit? De moslimman hielp zijn vrouw met het invullen van het stembiljet. En de regel is dat er geen twee mensen in een stemhokje mogen. Dat is alles.

Hoe zou de situatie zijn verlopen wanneer het collectieve veld het Hart is?

En dat is waarmee ik deze blog wil eindigen: het Hart.
Er zijn mensen die vluchtelingen in hun huis opvangen, er zijn mensen die vluchtelingen wegwijs maken in Nederland, er zijn mensen die Marokkanen (etc.) een kans geven om mee te doen in de maatschappij, er zijn mensen die een initiatief nemen om de kloof tussen bevolkingsgroepen, veroorzaakt door de mind, te overbruggen.

Zo keek ik van de week naar een documentaire: Nice People.
Een documentaire over een groep Somalische immigranten in het Zweedse Borlänge, die in 2014 klaar gestoomd werden om als nationaal team van Somalië mee te doen aan het wereldkampioenschap bandy (een variant op ijshockey) in Rusland.
Bekijk de documentaire eens vanuit het Hart..., bij mij liepen de tranen over mijn wangen. Prachtig om de uitwerking te zien en in te voelen van een dergelijk initiatief op de immigranten en de bewoners van de Borlänge. Google 'Nice People' of probeer deze link: http://www.moviesthatmatter.nl/festival/programma/film/1881

Tot slot: kijk eens naar de werking van de mind door de dag heen. Observeer eens al die meningen en oordelen, die dagelijks door jou heen gaan. Ervaar eens hoe het is om een dag zonder oordelen en meningen te leven, om een dag zonder voorkeur of afkeur aanwezig te zijn, om een dag het leven te ervaren vanuit het Hart, vanuit compassie en openheid. En als dat niet lukt, dan besef je wellicht voor het eerst dat je een gevangene bent van de mind. Veroordeel jezelf daar niet op..., we zijn allemaal onwetend ten aanzien van onze ware natuur.



www.bewustzijnscoaching.com
LinkedIn: Caroline Ootes
Facebook: Caroline Ootes, Ontwaken, Bewustzijnscoaching