We zien de werkelijkheid niet zoals die is…, was het maar waar… Het is de mind die regeert. En zolang de mind aan het roer staat, kijken we vanuit een gekleurde bril naar de werkelijkheid. Die bril bestaat uit etiketten en labels die we op onszelf, de ander en de wereld plakken.
Voorbeeld: de wereld is onveilig, al die buitenlanders en vluchtelingen nemen ons land over en plegen geweld tegen homo’s en vrouwen.
Anders gezegd: we zien de werkelijkheid door een sluier van meningen, oordelen, voorkeuren en afkeuren, godsdienstige overtuigingen en ga zo maar door…, waardoor we de realiteit niet zien zoals die is, maar zoals wij deze bedenken.
We zijn een gevangene van de mind, zonder dat we ons dat realiseren. En dit is geen individuele kwestie (sommige mensen hebben (voor)oordelen en anderen niet), nee, het is een collectieve aangelegenheid: de mensheid is niet thuis in het Hart.
We leven vanuit angst en wantrouwen. Angst voor tekort: buitenlanders pikken onze banen en huizen in (overtuiging). Angst voor de medemens: Turken en Marokkanen zijn niet te vertrouwen (profiteurs en raddraaiers). Angst voor veroordeling en geweld: we lopen als homostel niet meer hand in hand over straat, omdat we anderen niet willen provoceren (overtuiging).
Zolang we niet thuis zijn in het Hart kwetsen we onszelf en anderen. We kwetsen onszelf met oordelen over onszelf: het gevoel niet te voldoen, tekort te schieten, schuld en schaamte etc. En we kwetsen anderen, die we labelen als ’tuig’, ‘profiteurs’, ‘ongewenst’ en ‘niet welkom’.
Pijnlijk, omdat we allemaal mensen zijn…, en niemand meer of minder is dan de ander.
Pijnlijk om uitgesloten te worden als Marokkaan, Turk, vluchteling, homo, vrouw, jood… En ga zo maar door. Oorzaak: identificatie met de mind.
Identificatie met de mind leidt ertoe dat we de ander niet ‘open’ tegemoet treden. Er zit een filter van opvattingen tussen. En dit maakt het zo moeilijk om elkaar echt te verstaan, om elkaar van hart tot hart te ontmoeten. Gevolg: discussie, je gelijk willen halen (mijn standpunt is waar, de jouwe niet), misverstanden (omdat we ons niet kunnen verplaatsen in de ander), ruzie, haat, uitsluiting, oorlog. We zien het licht niet in onszelf en daarmee ook niet in de ander: het hart is gesloten.
En we staan er niet bij stil dat we dag in, dag uit ons ecosysteem vullen met al onze gedachten, meningen en oordelen… We weten niet beter… Van jongs af worden we groot gebracht in het collectieve veld van de mind. Niet vreemd dat de wereld er zo uit ziet, zoals ze is.
Herken je wat ik aangeef? Herken je de neiging in jezelf om doorlopend alles en iedereen te beoordelen? Meningen bij de vleet…
Sta je weleens stil bij de impact van deze neiging? De impact van al die oordelen, die we over onszelf erop na houden? Wat doet dat met ons? Is het liefdevol om onszelf keer op keer te bekritiseren?
Sta je weleens stil bij de impact van al die oordelen, die we hebben over anderen? Wat betekent deze neiging voor de omgang met onze medemens? Hoe treden we de ander tegemoet wanneer we ervan uitgaan dat de ander onze vijand is, niet welkom? Hoe benaderen we de ander als we bang zijn voor de ander? Wat zenden we dan uit waar de ander weer op reageert? Wat doet het met Marokkanen, Turken (etc.) en vluchtelingen, die niet mee mogen doen in de maatschappij? Is het liefdevol om zo met de medemens om te gaan?
Sta je weleens stil bij de impact van al die overtuigingen, opvattingen en meningen op de samenleving als geheel? En de wereld?
De neiging om vanuit een bedachte werkelijkheid te leven, maakt dat we van alles op onszelf, de ander en de wereld plakken, wat niet de werkelijkheid zelf is.
Tja, de Mind versus het Hart.
Voorbeeld: Het stemlokaal. Er bevindt zich een man van allochtone afkomst met partner in een stemhokje. De man draagt een djellaba (lang gewaad). Er staan wat mensen te wachten bij de tafel waar de stembiljetten worden uitgedeeld. De man van allochtone afkomst staat achter zijn partner, over haar heen gebogen in het stemhokje. Een man die in de rij van wachtenden staat, spreekt de allochtone man met een luide, agressieve stem aan: ‘Hé, wat bent u daar aan het doen…, dat mag helemaal niet, u mag niet met een ander in het stemhokje staan.’ Waarop een man, die zich achter de tafel met de stembiljetten bevindt, met lading het overneemt en zegt: ‘U bent hier in Nederland, U moet zich aan de Nederlandse regels houden, er mogen geen twee mensen in een stemhokje.’ Vervolgens neemt de wachtende man het stokje weer over en zegt op luide, agressieve toon: ‘Ik weet niet wat je daar allemaal aan het doen bent, met die telefoon bij het stembiljet, maar dat is verboden.’ Waarop de man van allochtone afkomst zegt: ‘Ik help mijn vrouw, ze kan niet lezen en schrijven en zij heeft ook recht om te stemmen.’ De stemming is geladen en vijandig.
Zie je de uitwerking van de mind? De uitwerking van oordelen en meningen over de ander? Enig idee welke plaatjes er in de wachtende man leven over het echtpaar in het stemhokje?
Mogelijke plaatjes: ‘Weer zo’n buitenlander die zich niet gedraagt, die de regels aan zijn laars lapt en vervolgens ook nog eens voor zijn vrouw wil bepalen wat ze moet stemmen, zij moet zeker precies stemmen wat hij goed acht, alle vrouwen van allochtonen worden onderdrukt, kijk maar, hier gebeurt het ook.’
En wat was de realiteit? De moslimman hielp zijn vrouw met het invullen van het stembiljet. En de regel is dat er geen twee mensen in een stemhokje mogen. Dat is alles.
Hoe zou de situatie zijn verlopen wanneer het collectieve veld het Hart is?
En dat is waarmee ik deze blog wil eindigen: het Hart. Er zijn mensen die vluchtelingen in hun huis opvangen, er zijn mensen die vluchtelingen wegwijs maken in Nederland, er zijn mensen die Marokkanen (etc.) een kans geven om mee te doen in de maatschappij, er zijn mensen die een initiatief nemen om de kloof tussen bevolkingsgroepen, veroorzaakt door de mind, te overbruggen.
Zo keek ik van de week naar een documentaire: Nice People. Een documentaire over een groep Somalische immigranten in het Zweedse Borlänge, die in 2014 klaar gestoomd werden om als nationaal team van Somalië mee te doen aan het wereldkampioenschap bandy (een variant op ijshockey) in Rusland. Bekijk de documentaire eens vanuit het Hart…, bij mij liepen de tranen over mijn wangen. Prachtig om de uitwerking te zien en in te voelen van een dergelijk initiatief op de immigranten en de bewoners van de Borlänge. Google ‘Nice People’ of probeer deze link: http://www.moviesthatmatter.nl/festival/programma/film/1881
Tot slot: kijk eens naar de werking van de mind door de dag heen. Observeer eens al die meningen en oordelen, die dagelijks door jou heen gaan. Ervaar eens hoe het is om een dag zonder oordelen en meningen te leven, om een dag zonder voorkeur of afkeur aanwezig te zijn, om een dag het leven te ervaren vanuit het Hart, vanuit compassie en openheid. En als dat niet lukt, dan besef je wellicht voor het eerst dat je een gevangene bent van de mind. Veroordeel jezelf daar niet op…, we zijn allemaal onwetend ten aanzien van onze ware natuur.
Er komt een cliënt in de praktijk. Op enig moment geeft ze aan dat ze gelooft dat de loop van haar leven, die bepaald niet makkelijk is geweest (en nog de nodige uitdagingen met zich mee brengt), wordt bepaald door karma. Karma wordt ook wel de wet van oorzaak en gevolg genoemd. Dit betekent dat alles wat we doen (actie) een oorzaak vormt, die op een zeker tijdstip een gevolg heeft. Dat latere tijdstip kan betrekking hebben op dit leven of een volgend (ander) leven.
Ik vraag aan de cliënt wat het voor haar betekent dat ze in reïncarnatie & karma gelooft. Ze zegt: ‘Het zal wel mijn eigen schuld zijn geweest dat mijn leven zo is gelopen, ik heb het er zelf naar gemaakt.’
Is dat zo? vraag ik. Heb jij het er zelf naar gemaakt? Eigen schuld, dikke bult? Weet jij wat al je handelingen zijn geweest uit een ander leven waardoor je huidige leven zo loopt zoals het is? Nee, zegt ze. Heb jij het leven in de hand? Het nest waarin je geboren werd? De omstandigheden zoals die eruit zien? Heb jij je ouders uit gekozen? Was jij daarbij? Dat weet ik niet, zegt ze.
En welke stem hoor jij als je zegt: ‘Het zal wel mijn schuld zijn?’ Is dat de stem van het hart, de stem van compassie en mededogen? Of de stem van je ouders, de stem van het verleden, de stem die verbonden is aan pijnlijke herinneringen, de stem van de mind, die steeds hetzelfde scenario blijft herhalen: het is jouw schuld dat je leven zo loopt… Is dat waar?
En zijn deze overtuigingen behulpzaam? Nee, helemaal niet, zegt de cliënt.
Zolang we nog geprogrammeerde c.q. geconditioneerde wezens zijn, kan er dan wel sprake zijn van keuzevrijheid? De vrijheid om anders te handelen dan de scenario’s, die in ons programma staan geschreven?
Wat heeft het dan voor zin om op deze wijze (schuld en boete) naar jezelf en het bestaan te kijken?
Zie je dat de mind alles aangrijpt, zelfs het concept van karma en reïncarnatie om jou gevangen te houden in schuld, in veroordeling van jezelf?
Ja, zegt de cliënt, dat realiseerde ik me later ook…, dat ik hier niks mee kan…, waar ik wel wat mee kan, is hoe ik ermee om ga. Precies, zeg ik, verantwoordelijkheid nemen voor datgene wat er op je pad komt, wakker worden uit de geconditioneerde staat van zijn, wakker worden uit al die aangeleerde reactiepatronen en overtuigingen. En dat heeft niets met schuld of straf te maken.
En uiteindelijk weten we niet hoe de vork in de steel zit…, of reïncarnatie waar of onwaar is. En doet dat er wel toe? Je leven speelt zich hier en nu af, richt daar je aandacht op. Mediteer en gebruik zelfonderzoek om te ontsnappen uit de greep van de mind, die jou terroriseert met gedachten en emoties als schuld, angst, niet goed genoeg zijn, karma etc.
En: Het leven blijft een mysterie. Gelukkig maar…, we kunnen erover filosoferen, maar het uiteindelijke antwoord weten we niet. En dat is maar goed ook.
Dat gezegd hebbende voel ik zelf affiniteit met het concept ‘reïncarnatie’. Oftewel: het Bewustzijn (niet een ‘ikje’) kiest de omstandigheden (leven na leven), om thuis te komen bij het Zelf (wat we al zijn, maar ons niet meer herinneren) van waaruit we loskomen van het wiel van wedergeboorte.
Een tijd geleden las ik een boek van Osho (Totdat je sterft) waarin hij o.a. een verfrissende kijk geeft op de basisconcepten van religies zoals het Hindoeïsme (reïncarnatie/karma), Soefisme en het Christendom. Het fascineerde me. Ik wil dan ook graag met de lezer delen wat Osho daarover in zijn boek weer geeft.
Hieronder een verkorte weergave van enkele bladzijden uit het boek (pagina 144 en verder). De cursivering van bepaalde uitspraken van Osho komt van mij, evenals enkele woorden die tussen haakjes staan geschreven. Met ‘onecht’ wordt bedoeld: de geconditioneerde, mechanische structuur (ego/mind).
Oké, daar gaan we dan: ‘De waarheid kan jou niet rechtstreeks gezegd worden. Er moet iets gedaan worden, zodat je geleidelijk je weg naar de waarheid vervolgt. (…) De kennis moet geleidelijk in jou groeien door middel van bepaalde omstandigheden. En natuurlijk zullen alleen onechte omstandigheden helpen, omdat jij onecht bent. (…) Om een voorbeeld te geven: stel dat je in een gesloten huis woont, een huis waar je nooit uit bent geweest. Je hebt de zon nooit gezien, je hebt de vogels nooit gehoord, je hebt de wind nooit door de bomen voelen gaan. Je bent nooit buiten geweest, je hebt nooit bloemen gezien of de regen. Je hebt in een dicht huis gewoond, volkomen afgesloten, zelfs geen raam. Dan kom ik naar je toe en ik wil graag dat je buiten komt en zingt met de vogels en danst met de wind en bent als de bloemen die zich openen (…) voor het oneindige. Maar hoe kan ik jou iets vertellen over de wereld buiten? Er is geen taal voor. Als ik over bloemen praat, zul je het niet begrijpen. ‘Bloemen?’ zul je vragen, ‘wat bedoel je met bloemen? Bewijs eerst maar eens dat ze bestaan.’ (…) En met welk bewijs ik ook aankom, jij kunt het weerleggen, je kunt met tegenargumenten komen. (…) ‘Je droomt’, zul je zeggen. ‘Het is je verbeelding’, zul je zeggen, ‘er bestaat geen buitenwereld’. Dit is de enige wereld; er is geen andere wereld. Waar praat je over?’ (…)
De moeilijkheid is: in welke taal moet ik tot jou spreken, van welke gelijkenissen, van welke symbolen moet ik gebruik maken? Wat er ook gezegd wordt, het zal misverstanden oproepen – omdat je iets alleen kunt begrijpen wanneer je het ervaren hebt. (…) Ik zal de een of andere methode moeten toepassen. Die methode is waar noch onwaar. (…) Ik kan bijvoorbeeld een koortssituatie scheppen: ‘Het huis stort in. Kom er zo snel mogelijk uit! (…) Dat deed Jezus. Hij zei: ‘De hele wereld zal in elkaar storten. (…) Het einde is nabij – De dag des Oordeels.’ Tot nu toe is het niet gebeurd. En Jezus zei tegen zijn discipelen: ‘Voor jullie sterven zal de dag des oordeels komen. Zorg dat je een transformatie ondergaat, verander jezelf, bekeer je! Kom tot inkeer! Want de tijd gaat snel voorbij en het huis stort in.’ (…) Wat zegt hij eigenlijk? Jullie kunnen de taal van de vrijheid niet verstaan, maar wel de taal van de angst. Daarom zegt hij dat de dag des oordeels nabij is. Jezus zegt: ‘Er is maar één leven. Eenmaal verloren, altijd verloren.’ Daarom maakte Jezus nooit gebruik van het Indiase hulpmiddel reïncarnatie. (…) Jezus zegt: ‘Dit is het enige leven’, om een koorts in je op te wekken van angst. Want als hij zegt dat er vele levens zijn, kun je ontspannen; dan kun je zeggen: ‘Er is geen haast. Dit huis zal tijdens mijn leven niet in elkaar storten en er zijn meer levens, dus waarom zou ik me nu haasten?’ (…) Zo kan je blijven uitstellen. Jezus verwierp uitstellen. Hij zei: ‘Er is maar één leven, dit is het enige leven.’ (…) En spoedig zal in dit leven, voor je dood, de dag des oordeels aanbreken. Dan zullen je zonden beoordeeld worden en zul je gestraft worden’. Wat zegt hij eigenlijk? (…) Hij probeert je uit je huis te halen. (…) Zodra je Jezus volgt, zodra je het huis uit bent, weet je dat het een list was, dat je naar buiten gelokt bent. Maar dan ben je niet boos: je voelt je dankbaar, omdat het de enige manier was. En je was zo onecht dat zelfs een Jezus van een leugen gebruik moest maken om je eruit te halen. Maar zodra je eruit bent, vergeet je alles over de dag des oordeels en god en zijn koninkrijk; dan vergeet je alles over dood en angst. Zodra je buiten bent, in de open lucht, in wind en zonneschijn, dan vier je dat, dan geniet je, dan ben je Jezus voor eeuwig en altijd dankbaar, omdat hij zo’n mededogen toonde dat hij zelfs loog om je maar naar buiten te kunnen brengen.
In India hebben we van een andere methode gebruik gemaakt en daar zijn verschillende redenen voor. India is bijzonder oud. (…) Het Westen is jong. Wanneer je met een oude man praat, praat je op een andere manier dan wanneer je met een jonge man praat – omdat hun houding volkomen anders is. Een jonge man kijkt altijd naar de toekomst. Een oude man kijkt altijd naar het verleden, omdat er voor een oude man geen toekomst is. (…) De Oosterse geest wil zowel van het leven als van de dood verlost worden. Het Oosten is verveeld, zoals iedere oude man. (…) Het Oosten heeft genoeg van het leven. Je kunt niet méér leven beloven. Dat is geen belofte, integendeel, dat lijkt een straf. Daarom hebben we in het Oosten van een volstrekt andere methode gebruik gemaakt en die methode is: het rad van leven en dood. Wij zeggen dat je miljoenen keren geboren bent (…) En iedereen blijft hetzelfde patroon herhalen – kindertijd en de fantasieën van de kindertijd; jeugd en de dwaasheden van de jeugd; ouderdom en de verveling en dan de dood. En het rad blijft maar in beweging. (…) Wat is de boodschap achter de reïncarnatietheorie? De boodschap is: genoeg is genoeg! Reken er nu eens voor altijd mee af! Kom er nu uit! Als je erin blijft zal het rad steeds doordraaien. (…) Dat is een taal die een verveeld mens kan begrijpen. Maar zowel de ene als de andere theorie zijn methoden. Vraag me niet of ze waar zijn. Ze zijn noch waar noch onwaar. Zodra je uit het huis bent, zul je weten of het waar is; als je binnen blijft, zul je de waarheid nooit weten. Alles wat je op weg helpt naar de open lucht, naar vrijheid, naar openheid, is waar. Als een religie niet meer helpen kan, is ze onwaar. Het idee van Jezus zal het Westen nu niet veel helpen. Daarom keert de Westerse geest zich naar het Oosten. Nu zal de filosofie van de verveling beter voldoen omdat jullie nu ook oud zijn. Het christendom spreekt minder aan. Hindoeïsme, Boeddhisme zijn aantrekkelijker. Jullie zijn oud geworden! (…) Reïncarnatie spreekt meer aan dan één leven. De Dag des Oordeels lijkt kinderachtig en één leven lijkt niet voldoende. Hoe kun je een mens beoordelen door hem maar één kans te geven? Er zullen op zijn minst meer gelegenheden nodig zijn om een oordeel te kunnen vellen, omdat hij alleen door vallen en opstaan leren kan. Door hem maar één kans te geven, geef je hem eigenlijk geen kans. Als hij zich vergist, vergist hij zich. Dan is er geen tijd om de fout te herstellen. (…)
Het zijn hulpmiddelen. ‘Een hulpmiddel’ is iets dat waar noch onwaar is. Het kan helpen. Als het helpt is het waar. Als het een belemmering vormt, dan is het onwaar. (…)
En wanneer je er werkelijk uit bent, dan is er geen behoefte meer aan enige methode.Alle methoden dienen alleen maar om je uit je geslotenheid te halen, uit je graf, uit je ongevoeligheid, uit je onbewustheid. (…)
Soefi’s zeggen dat alles in het leven zo met elkaar samenhangt, dat de karmatheorie niet juist kan zijn. En ze hebben gelijk, want ook hun methode is waar. Als alles in het leven zo met elkaar samenhangt hoe kan de karmatheorie dan zin hebben? Volgens de karmatheorie ben je verbonden met je vorige leven, alleen met je vorige leven; je bent een gevolg van je eigen karma’s en je oogst de resultaten van je eigen karma’s. Maar Soefi’s zeggen dat er een onderlinge samenhang is tussen alles wat leeft: het karma van ieder ander is mijn karma en mijn karma is het karma van ieder ander. Het is een netwerk van onderlinge verwantschap. (…) Je gooit een steentje in het meer en het hele meer komt in beroering. Iedereen is als een steentje in het meer. Wat je ook doet, je brengt golven, vibraties teweeg. (…) Het geheel is heel dankzij allen. Soefi’s zeggen dat de karmatheorie in de grond getuigt van een egoïstische instelling. En ze hebben gelijk! Volgens die theorie (karmatheorie)ben je – dus wat je zaait zul je oogsten. Dat versterkt jou, het ego. Soefi’s maken van een ander patroon gebruik om je eruit te halen. Jij bent er niet meer. Het geheel is. Je bent slechts een golfje. Wat heeft het voor zin om te denken dat je bent? Soefi’s zeggen, als je de onderlinge samenhang van alles begrijpt, laat je het begrip van het ego eenvoudig vallen, dan ben je geen ik meer. (…) Het is een methode.
Hindoes hebben hun eigen methode (karmatheorie). Zij zeggen: ‘Zo je zaait, zul je oogsten.’ Ze bedoelen: als je er beroerd aan toe bent, ben jij daar zelf de oorzaak van. Als je in angst verkeert heb je ergens in een of ander leven het gif gezaaid en oogst je nu het resultaat. Waarom leggen ze hier zo de nadruk op? Om twee redenen: Ten eerste. Als je voelt dat jij verantwoordelijk bent, dan kun je je ellende en angst laten varen; er is geen andere manier. Als je denkt dat iemand anders net zo verantwoordelijk is als jij, dan blijf je zoals je bent. Wat kun je er dan aan doen? Jij alleen kunt er niets aan veranderen. Zo wordt het onmogelijk om je ellende en je angst los te laten. Ten tweede en van grotere betekenis: de Hindoemethode leert dat het hele verschijnsel van het verleden – wat je ook gedaan hebt, wat je ook gedacht hebt – nu op dit moment in jou aanwezig is. De mensen denken dat het verleden niet ongedaan gemaakt kan worden. Hindoes zeggen dat het ongedaan gemaakt kan worden, omdat het verleden deel uitmaakt van het heden. Je draagt het bij je. Je kunt niet alleen het heden en de toekomst veranderen, je kunt ook het verleden veranderen, je kunt het laten vallen. En, zeggen ze, vrijheid is mogelijk, omdat jij de enige bent die verantwoordelijk is voor jouw leven. (…)
Hindoes menen dat jij verantwoordelijk bent voor je karma’s. Dat is goed. Als jij verantwoordelijk bent, dan kun je veranderen, dan is transformatie mogelijk. Jij bent de enige die erbij betrokken is. Je kunt je karma loslaten of je kunt het met je meedragen, wat je maar wilt? En wie wil graag angst, ellende, hel met zich meedragen? Je zult het allemaal laten vallen.’ Einde weergave van Osho.
Hoe ik er naar kijk? Het was Karl Marx die heeft gezegd dat godsdienst opium is voor het volk, het houdt mensen in slaap. En zo is het… Mensen zijn verworden tot slaaf van een doctrine (geloofsovertuiging) die hen vertelt wat goed en fout is en hoe zij zich dienen te gedragen. Elke vorm van godsdienst die ons niet thuis brengt in ons hart, houdt de mens in coma. Door de eeuwen heen zijn we door de godsdiensten vergiftigd met schuld, boete, plicht en haat, naar onszelf toe en naar andersdenkenden en anders levenden (homoseksuelen etc.). Het hoofd in de vorm van geboden/verboden (de doctrine): geen abortus, monogamie, afwijzing van homoseksualiteit etc. … in plaats van het hart (open en vrij).
Identificatie met een geloof (ik ben een Christen, Moslim, Jood etc.) heeft in de geschiedenis tot vele conflicten en oorlogen geleid – en nog. Met de mond wordt ‘vrede’ en ‘menslievendheid’ gepredikt en het zwaard geheven tegen een ieder, die anders leeft en denkt. Of het tegenovergestelde: er wordt gedreigd met hel en verdoemenis onder het mom van Liefde en verlossing van ons lijden.
Het woord ‘religie’ verwijst etymologisch gezien onder andere naar het woord ‘religare’ wat ‘opnieuw verbinden’ betekent. Een duiding die resoneert bij mij, gelijk de duiding van Osho: religie is een hulpmiddel – om naar binnen te keren (in plaats van een oordelende houding naar anders levenden toe). Religie zou een hulpmiddel moeten zijn om ons opnieuw te verbinden met de goddelijke essentie die we zijn, voorbij geloof en ongeloof, voorbij elke regel of doctrine, voorbij de priesters en de dominees, voorbij de mind (wat goed en fout is). De goddelijke essentie is onvoorwaardelijke liefde en wijsheid. En als een religie je niet thuis brengt…, niet leidt tot onvoorwaardelijke liefde en wijsheid, dan dient het niet…, laat het los…, en ga op zoek naar een levende meester, die thuis is in de Bron van Liefde en Wijsheid, van waaruit hij/zij jou kan begeleiden op je pad naar ontwaken, naar een vrije staat van zijn.